Het proces tegen de Utrechtse serieverkrachter Gerard Tuns
Morgen begint in de Utrechtse rechtbank de rechtszaak tegen de beruchte Utrechtse serieverkrachter. Verdachte is de 52-jarige Gerard Tuns uit Nieuwegein. Hij zou in 1995 en 1996 meerdere vrouwen hebben verkracht.
De Utrechtse serieverkrachter
In 1995 en 1996 sloeg de Utrechtse serieverkrachter toe. Hij verkrachtte minstens 5 vrouwen. Bij minstens 11 andere vrouwen deed hij een poging tot verkrachting maar dit mislukte. De Utrechtse serieverkrachter was vooral actief in de omgeving van de Universiteit Utrecht. Hij achtervolgde daar vrouwen op een mountainbike om ze vervolgens de bosjes in te sleuren. Dit waren meestal vrouwen die alleen fietste en voornamelijk studentes. Hij gebruikte bij de verkrachtingen veel geweld met onder meer een fietspomp. Na de verkrachtingen zou de dader juist ‘aardig’ zijn.
In een getuigenoproep uit die tijd werd de Utrechtse serieverkrachter beschreven als een blanke man, tussen de 25 en 35 jaar met blond haar en een vadsig uiterlijk.
Na 1996 was het lange tijd stil rond de Utrechtse serieverkrachter, maar in 2001 sloeg hij opnieuw toe. Ditmaal had hij zijn mountainbike omgeruild voor een scooter.
Het onderzoek en de impact
Het nieuws dat er een serieverkrachter rondliep in de omgeving van de Utrechtse Universiteit bracht veel teweeg bij de omwonende. Veel vrouwen waren bang om alleen te fietsen in het donker. Er werden veiligheidsmaatregelen getroffen, waaronder het snoeien van struiken.
De politie deed een grootschalig onderzoek maar dit leverde niets op. Ook werd er een dna-onderzoek gedaan bij 2500 mannen zonder resultaat.
Toen de Utrechtse serieverkrachter in 2001 opnieuw toesloeg, keerde de angst onder de vrouwen in Utrecht terug. Velen durfde ’s avonds niet meer alleen te fietsen en bijeenkomsten die alleen op vrouwen gericht waren werden naar de middag verplaatst.
Een nieuw intensief onderzoek van de politie leverde wederom niets op. In 2012 werd er een verwantschapsonderzoek gedaan door het Nederlands Forensisch Instituut onder 150.000 opgeslagen dna-profielen. Ook dit onderzoek was zonder resultaat.
De ontmaskering
De Utrechtse serieverkrachter heeft het Openbaar Ministerie lang bezig gehouden. Jammer genoeg was dit lange tijd zonder resultaat. Maar in Juli 2014 liep de man uiteindelijk tegen de lamp. Na een veroordeling voor een fietsendiefstal moest de man verplicht dna afstaan. Na invoering van zijn dna in de Nederlandse databank bleek zijn profiel te matchen met het profiel van de Utrechtse serieverkrachter.
Gerard T. was al twee keer eerder in beeld bij het onderzoek, maar er was steeds te weinig bewijs om hem officieel als verdachte aan te merken. Ook was hem al eerder gevraagd om vrijwillig dna af te staan, maar dit heeft hij destijds geweigerd.
De man is net op tijd gepakt, want de verkrachtingen uit 1995 zijn bijna verjaard.
Het proces
Morgen begint dan eindelijk het proces tegen Gerard Tuns. Hij staat terecht voor 4 verkrachtingen en wordt verdacht in nog eens 18 andere zaken. In deze zaken is te weinig bewijs doordat er geen dna is achter gelaten.
Eerder werd tijdens een pro-forma zitting duidelijk dat Gerard Tuns. bekend zou hebben. Dit zou hij hebben gedaan tegen een infiltrant van de recherche die zijn celgenoot was in Vught. “Normaal vertel ik dit aan niemand, maar ik ben de Utrechtse serieverkrachter”. Zijn advocaat Maarten Krikke trok deze bekentenis in twijfel. Tuns zou tegen hem gezegd hebben dat hij deze bekentenis niet heeft gedaan. Ook is het gesprek niet opgenomen, waardoor de bekentenis niet bewezen kan worden. In een later politieverhoor werd verdachte geconfronteerd met de bekentenis, maar hij reageerde hier helemaal niet op. Hij ontkende noch bevestigde het.
Ook is Gerard Tuns verplicht geworden om mee te werken aan een persoonlijkheidsonderzoek in het Pieter Baan Centrum. Eerder weigerde hij hieraan mee te werken.
Morgen zal in het proces waarschijnlijk meer duidelijk worden over de informatie die Gerard Tuns heeft gedeeld met de infiltrant en over het onderzoek in het Pieter Baan Centrum.